Vloeibare zuivel plust op stille markt

Magere melkconcentraat noteerde een plus van 8,4%. Niet echt wereldschokkend, maar in de huidige marktsituatie en na een aantal weken van neergang toch een hele omslag. De roomprijs volgde met een plus van 3,6%.

In het kielzog hiervan stegen ook de spotmelkprijzen in diverse landen, maar met prijzen van hoog in de 30 blijven ze nog altijd flink achter bij de uitbetaalprijzen van de fabrieken. Ook zit de spotmelkprijs nog steeds onder de zogenoemde grondstofwaarde. Hierbij wordt wel uitgegaan van Duitse melk, maar grote afwijkingen ten opzichte van de Nederlandse situatie zijn er niet.

De zuivelindustrie betaalt dus ver uit boven de spotmelkprijs, maar ook boven de grondstofwaarde (bij verwerking tot boter en magere melkpoeder).

Verrassing
De opleving van de concentraatprijzen verraste veel handelaren, hoewel dit misschien niet had hoeven gebeuren. Begin deze week dienden zich opeens kopers aan vanuit Griekenland en andere plaatsen in Zuid-Europa. Vanwege het verbeterde weer wilden zij hun voorraden aanvullen. Dit deed een extra beroep op een markt waar – aangetrokken door de lage prijzen in de voorbije weken - veel concentraat een weg had gevonden naar de droger. Dat is niet omdat de melkpoedermarkt er zo florissant bij ligt. Integendeel, de poederhandel is volgens veel spelers nagenoeg 'dood'.

De prijsschommelingen die deze week vallen te registeren in de DCA- en andere noteringen, zijn eerder het gevolg van uitschieters in een verder dunne markt. Toch waren de concentraatprijzen in de voorbije weken dermate laag dat veel handelaren de kans niet aan zich voorbij wilden laten gaan om wat winst te pakken op het verpoederen van goedkope dikmelk. Een prijsgat van tot €1.000 per ton tussen concentraat en magere melkpoeder bood daar alle aanleiding toe.

Inmiddels is het plaatje enigszins veranderd, maar magere melkconcentraat verpoederen kan nog steeds goed uit, als er tenminste weer wat handel op gang komt.

Niet alleen de melkpoedermarkt is weinig geanimeerd, ook op de botermarkt gebeurt niet veel. Een geluk is dat er naast het gebruikelijke Noordwest-Europese aanbod niet veel concurrerend product op de markt is. Ierse boter is door het sterk verlate productieseizoen nog steeds niet op de markt. Poolse boter is er wel, maar ook al is dit zo'n €150 per ton goedkoper, toch wil niet iedereen dit hebben.

De kaasmarkt lijkt in eerste instantie ook vrij ongeanimeerd. Er zijn wat plusjes en wat minnetjes te zien in de notering, maar het voelt allemaal wat slapjes aan. Toch registreren veel partijen een iets meer opwaartse ondertoon. Dit leidt nog niet direct tot hogere prijzen, maar volgende week zou het wel meer zichtbaar kunnen worden. Wellicht komt dit omdat nog lang niet overal de voorraden product voldoende zijn aangevuld.