Agrifoto

Opinie Krijn J. Poppe

'Farm to fork verdient meer discussie'

7 Juli 2021 - Krijn J. Poppe

In Brussel zijn ze eruit, het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) kan een aantal jaren door. De discussie ging de laatste weken vooral over details en percentages. Over het invoeren van ecoregelingen en meer ruimte voor invulling per lidstaat via een nationaal strategisch plan, waren ze het in een eerder stadium al eens met het voorstel van de Europese Commissie.

Eigenlijk is dat best opvallend: de grote discussies over de meest effectieve en efficiënte instrumenten om landbouwbeleid te voeren lijken naar de achtergrond verdwenen. Nederlandse boerenbestuurders houden zich eerder bezig met prijsvorming in de keten en met het nationale milieubeleid, dan de vraag of het Europese landbouwbeleid wel op de goede leest is geschoeid.

Beleidsinstrumenten passeren de revue
Er was een tijd waarin naarstig gezocht werd naar de optimale beleidsinstrumenten. In mijn boekenkast kwam ik het proefschrift tegen van Frans Kriellaars, die in 1965 in Tilburg promoveerde op "Problematiek van de landbouw in het proces van structurele veranderingen bij algemeen-economische groei".  Die problematiek schetste Kriellaars krachtig in zijn slotbeschouwing met een citaat van de Amerikaanse econoom George Schulz dat er, kort samengevat, op neer komt dat het altijd wat is met de landbouw. Of er is gebrek aan voedsel, omdat er te weinig productiemiddelen naar de landbouw toevloeien. Of er zijn overschotten en lage inkomens, omdat er te weinig productiemiddelen als grond en arbeid aan de landbouw worden onttrokken. Het transfermechanisme tussen de landbouw en de rest van de economie functioneert dus vaak maar matig.

In de 20 jaar tussen het einde van de Tweede Wereldoorlog en het werk van Kriellaars was er in onder meer Amerika en Duitsland de nodige literatuur over deze problematiek verschenen, die in het proefschrift uitgebreid aan de orde komt. Het was ook de tijd waarin de overheid zich behoorlijk met de details van de economie bemoeide. Tal van overheidsinstrumenten passeren dan ook de revue, van beïnvloeding van marktprijzen tot producenten-toeslagen en productiebeheersing.

Quota als marktcertificaten
In die laatste categorie behoorden ook toen al de quota. Kriellaars zag die als een soort marktcertificaten, je had ze nodig om toegang te krijgen tot de markt. Hij zag er voordelen in, met name als ze verhandelbaar waren: "Langs deze weg krijgen de agrarische ondernemers hun bewegingsvrijheid weer terug". Idee was dat je de quota kon verkopen van gewassen waarin je niet meer zo geïnteresseerd bent en kunt aankopen van teelten waarin je wel wat ziet. En het zou goed zijn voor de structuurontwikkeling van de bedrijfstak: "Vergroting van bedrijven kan voorts worden bevorderd, doordat een aantal exploitanten gemakkelijker - omdat ze hun quota te gelde kunnen maken - overgaan tot het geheel of gedeeltelijk opgeven van hun bedrijf".

Het duurde nog 20 jaar, maar toen werd met de invoering van de melkquota de theorie ook in de praktijk gebracht. En nog weer eens 30 jaar later zien we het principe terug in verhandelbare emissierechten als fosfaatrechten.  Overigens zag de auteur ook voordelen in tal van andere instrumenten. Hij eindigde zijn proefschrift met een ander citaat: "Het is in landbouwbeleid het begin van wijsheid om te erkennen dat er geen perfecte oplossing is". De auteur ging met zijn opgedane kennis namens de KNBTB nog een belangrijke rol spelen in de belangenbehartiging. En hoogleraar landbouweconomie aan zijn alma mater worden.

Goede discussie voor gezond voedsel
Je kan je afvragen of 55 jaar later de discussie over instrumenten niet opnieuw prominenter moeten worden gevoerd. En dan met name de beleidsopties voor landbouwmilieubeleid. De Farm-to-Fork voorstellen van de Europese Commissie speelden in dit rondje GLB-onderhandelingen hooguit een rol op de achtergrond. Tot spijt van supercommissaris Frans Timmermans.

Maar inmiddels werkt de Commissie aan wetgeving rond die Farm-to-Fork strategie, en ongetwijfeld zitten we over een paar jaar alweer in een mid-term-review van het GLB.  Een goede discussie met welke instrumenten je in tijden van klimaatverandering het doel van een voedselsysteem dat voor duurzaam en gezond voedsel zorgt, het efficiënts realiseert, lijkt me zo gek nog niet.

Krijn J. Poppe

Krijn Poppe werkte bijna 40 jaar als econoom bij het LEI en Wageningen UR en vervult nu een aantal advies- en bestuursfuncties. Voor Boerenbusiness duikt hij in zijn boekenkast en bespreekt actuele ontwikkelingen aan de hand van klassiek geworden studies.

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden