De olieproducerende landen, verenigd in OPEC, besloten vorig jaar om voor het eerst in 8 jaar tijd hun gezamenlijke productie te verlagen. Een aantal niet-OPEC leden sloten zich aan bij die afspraak om zo de olieprijs op te krikken. Dat bleek uitstekend te werken.
De olieprijs, die in november rond de 45 dollar per vat lag, spoot omhoog naar circa 55 dollar per vat. Echter, die stijging betekende niet dat de olieprijs verder omhoog zou gaan of zelfs op dat niveau zou blijven steken. De OPEC heeft een uiterst slecht track record, wat betreft het zich houden aan de productieafspraken van de aaneengesloten landen. Dat beschreven we in een eerder artikel ook al. Ze produceren namelijk altijd meer dan het quota toestaat.
Olievoorraden zijn flink toegenomen
Daarnaast zijn ook de olievoorraden in Amerika de afgelopen tijd flink toegenomen. Die voorraad is, met een totaal van 533 miljoen opgeslagen vaten olie in de VS, op het hoogste niveau ooit.
Dat is belangrijk voor de olieprijs. Oliehandelaren weten namelijk dat, mocht de prijs stijgen, de Amerikanen hun strategische reserves kunnen aanspreken en zo, via meer aanbod op de markt, de olieprijs omlaag kunnen drukken.
Niet alleen OPEC-landen brengen olie op de markt
Een andere reden waarom een stijging zeker niet gegarandeerd was, is dat het niet alleen OPEC-landen zijn die de olie op de markt brengen. Inmiddels komt namelijk meer dan de helft van de olieproductie uit de andere landen, buiten de OPEC-landen. De toename van de olieproductie is vooral in de VS, dankzij schalie-olie, prominent.
Die factoren hebben ervoor gezorgd dat de prijs van het zwarte goud, na de initiële stijging van 45 naar 55 dollar, gestopt is. In het eerste kwartaal van dit jaar schommelde de olieprijs tussen de 53 en 56 dollar per vat.
Verdubbeling olieproducenten
In de VS is, aangemoedigd door de gestegen olieprijs in december, het aantal olieproducenten verdubbeld in minder dan één jaar tijd. Op één week na, is het aantal elke week van dit jaar gestegen. Dat blijkt uit de gegevens die het bedrijf Baker Hughes bijhoudt.
Zakkende prijzen
De olieprijs is, de laatste weken, uit de genoemde nauw range gebroken en wel aan de onderkant. De prijs zakte naar 50 dollar per vat. Is dat een voorbode voor een verdere daling in de komende maanden?
De kenners menen, wat de olieproductie in de VS betreft, dat de stijging voorlopig door zal zetten. De olieprijs is voor veel bedrijven nog steeds gunstig. Dat zal pas bij een prijs van 45 dollar of minder per vat in het geding komen. Vanuit die hoek is dus een aanhoudende neerwaartse druk te verwachten.
Afspraken nakomen
Een andere factor die meespeelt, is de vraag of de OPEC-landen hun afspraak, om de productie te verlagen, voort zullen zetten. Echter, dat kan wel een onbelangrijk gegeven in het geheel worden.
Wanneer de OPEC-landen afspreken om de lagere productieniveaus aan te houden of zelfs verder te verlagen, dan zou dat de olieprijs eventjes kunnen aanjagen. Echter, het is ook te verwachten dat andere, niet OPEC-landen, landen hun productie dan verder zullen opvoeren om te profiteren van die hogere olieprijs. Dat gegeven kan de olieprijs juist weer omlaag drukken.
Als de OPEC-landen hun afspraken niet verlengen, dan zou dat de olieprijs ook omlaag kunnen drukken. Kortom, het zou zomaar kunnen dat, ongeacht wat de OPEC besluit, de olieprijs niet noemenswaardig en langdurig zal stijgen.
Auto's zijn belangrijk
De vraag naar olie in Amerika is voor een groot deel afhankelijk van de hoeveelheid auto's die in de VS rijden en hoeveel kilometers de Amerikaan gemiddeld maakt. Dat laatste is vooral afhankelijk van het aantal Amerikanen dat een baan heeft. Een lage werkloosheid betekent namelijk dat er veel mensen zijn die een lange afstand van hun huis naar hun werk moeten afleggen.
De werkloosheid in Amerika is tegenwoordig iets lager, circa 4 procent, dan die voor de crisis is geweest. Het aantal gereden kilometers is in 2016 juist elke maand gestegen.
Vertrouwen is toegenomen
Die lage werkloosheid heeft er weer voor gezorgd dat het vertrouwen onder de Amerikanen de laatste maanden flink is toegenomen. Op basis daarvan besloten veel Amerikanen om een nieuwe auto aan te schaffen. Dat zijn vaak ook nog eens slurpende SUV's geweest, omdat juist benzine en diesel goedkoop waren.
Het aantal verkochte SUV's steeg in één jaar tijd naar een all-time record. Dat geldt overigens ook voor de verkoop van light trucks.
Aantal kilometers zal verder stijgen
Als we het bovenstaande samen bekijken, betekent dit dat het aantal gereden kilometers in de VS in de komende maanden nog verder zal stijgen. Ook zal de vraag naar brandstof fors toenemen. dat komt door het stijgende aantal gereden kilometers, maar ook door de auto's waarmee de Amerikanen rijden.
Tel daarbij op dat de zomer eraan komt. Dat betekent dat miljoenen airco's in Amerika fulltime aan het werk worden gezet. Daarom is het niet moeilijk voor te stellen dat de vraag naar olie wel eens behoorlijk kan gaan stijgen.
Voldoende om de prijs aan te jagen?
Echter, het is nog maar de vraag of die vraag de olieprijs kan aanvragen. Zoals gezegd, het is te verwachten dat de productie omhoog zal klimmen en mocht de nood hoog zijn, dan kan de Amerikaanse overheid altijd nog de historisch hoge voorraden olie aanspreken.
Het zullen niet alleen de oliehandelaren zijn, maar ook een partij zoals de Europese Centrale Bank (ECB), die met argusogen naar de ontwikkelingen op de oliemarkt zullen blijven kijken. Blijft de olieprijs stabiel of gaat deze weer dalen? Dat zou voor de ECB een reden kunnen zijn voor het opkopen van staatsobligaties van de eurolanden. Ze zouden dit dan ook in 2018 voort kunnen zetten, omdat de bank dat kan oordelen of het gevaar van een stijgende inflatie afneemt.
Dat zou er wel voor zorgen dat de officiële rente, en daarmee ook de Euribor-tarieven, nog langer historisch laag blijven.