Aardappeltelers verliezen enorm veel geld door het onkundig bewaren van hun product. Akkerbouwadviseurs en vertegenwoordigers van koeltechnische bedrijven en fritesfabrikanten komen de meest schrikbarende toestanden in aardappelbewaringen tegen. Voorkoming van belabberde partijen begint echter al veel eerder. Dat komt naar voren tijdens het Symposium van Certis over aardappelkwaliteit en bewaring dinsdag in Lelystad.
Iedere keer vraagt hij het zich weer af hoe ze het voor elkaar krijgen, maar veel aardappeltelers tobben nogal wat af met de teelt en bewaring van hun product volgens Marc Verhooren, agronoom bij Lamb Weston. ‘Een kwart van de telers doet het perfect met de bewaring van hun aardappelen, maar twintig procent leert het nooit. De middenmoot zou zich veel bewuster moeten zijn van waar ze mee bezig zijn, want er gaat enorm veel geld verloren. Ook in dure aardappeljaren moeten telers bovenop de kwaliteit in de schuur zitten, want ik zie dat er in de praktijk nog heel wat centen door het luik naar buiten worden gejaagd.’
Af land leveren of na acht maanden uit de schuur maakt veel verschil. Tijdens de bewaarperiode gaat teveel mis. Verhooren toont beelden van bewaringen met een bodem vol aardappelsoep, water in kanalen, een partij die twee meter zakte door rot, aardappelen met natrot, tabaksratelvirus, alternaria en meer van dat soort schade. Ellende die vaak pas laat te voorschijn komt, maar al eerder kan worden ingeschat. ‘Het voorkomen van bewaarschade begint al bij de keuze van het ras in combinatie met de grondsoort en planning van de verkoopperiode. Van een perceel dat twee dagen na het planten compleet onder water staat, moet je je al afvragen of die aardappelen wel bewaarbaar zijn. Ik kom velden tegen met ruggen die meer bestaan uit een soort heuveltjes vol kluiten, maar ook mislukte onkruidbestrijding. Zaken die je aan het denken zouden moeten zetten over vroegtijdige afzet vanwege de slechte kwaliteit.’
Droogte en extreme natheid zorgen voor een grillig groeiseizoen; anticipeer daarop, stelt de Lamb Weston-man. Tevens iets als loofdoding is cruciaal voor de kwaliteit en ook tijdens de rooiperiode loopt de agronoom tegen onrooibare percelen aan die tegen wil en dank toch naar binnen worden gehaald. ‘Bel dan met de afnemer of leverancier dat ze de partij zo spoedig mogelijk ophalen en verwerken’, is zijn advies. Verder leidt het inschuren volgens hem soms tot schade doordat de inschuurlijn haaks de bocht om gaat. Ten slotte gaat er nog van alles mis tijdens de bewaring. ‘Bewaarplaatsen die eruit zien als druipsteengrotten. Er wordt geblunderd met het temperatuursregime en de kiemremmingsstrategie.’
Ook spreker Peter Maljaars, verkoopleider bij Omnivent, signaleert vaak genoeg zilverschurft, drukplekken en gewichtsverlies als veroorzakers voor de verminderde kwaliteit. ‘Bewaren is topsport. Telers zouden dagelijks bezig moeten zijn met de automatisering en bewaring. Ook moeten ze vaker gewichtsproeven nemen.’
Nedato heeft een manier gevonden telers met hun neus op de feiten te drukken. Directeur Wim van de Ree: ‘Wij confronteren hen met het eindresultaat drie dagen na verwerking: Hun aardappelen gewassen en gesorteerd in de zak. Of ze voelen zich trots óf ze schrikken zich kapot, omdat ze het beter hadden verwacht. Zit het met de kwaliteit goed, kunnen ze dertig procent extra krijgen, maar is het bar en boos dan worden ze gekort.’ Ook dringt hij erop aan dat telers bij het eerste signaal van kwaliteitsverlies, meteen contact met hun afnemer zoeken. ‘Want ook voor deze partij is een markt.’
Hoewel de verantwoordelijkheid voor het bewaarde product bij de teler ligt, trekken de drie sprekers het zich wel aan. ‘Een teler kan het niet alleen. Hij heeft behoefte aan begeleiding’, zegt Maljaars. Omnivent biedt dan ook bewaartrainingen aan. Nedato bedacht daar enige jaren geleden ook iets op; het uurtje-schuurtje waarbij een stuk of acht telers bij elkaar in de bewaarplaats kijken. Van de Ree denkt in ketenverband meer te kunnen bereiken. Certis en CZAV doen dat al door gezamenlijk telers te adviseren over kiemremming. Ook Lamb Weston begon twee jaar geleden met vroegtijdig sturen op kwaliteit. ‘Daarvoor gaan we in november al met de teler om tafel en niet pas in juni. Het is immers in beider belang, dat de aardappelen goed door de pijp gaan.’
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/aardappelmarkt/artikel/item/10829258/Teler-onkundig-in-bewaring-aardappelen]Teler onkundig in bewaring aardappelen[/url]
ik erger me ook blauw aan die zogenaamde ingegenieurs in hun dikke auto's die op een doordeweeksedag (want ze hebben het druk, druk, druk) effe een betoog mogen gaan houden om te zeggen hoe dom boeren wel zijn, en die mijlenver van de boerenrealiteit staan...
zegt veel over bedrijven (lanb wesston, omnivent, nedato,...)
Maar beste aardappelvrienden dit wordt allemaal opgelost door de vogelclub, dat zijn onze top boeren. Zorg dat je snel bevriend raakt met ze ,je zal er veel bewaarplezier aan hebben.
anti leeuwerik schreef:Maar beste aardappelvrienden dit wordt allemaal opgelost door de vogelclub, dat zijn onze top boeren. Zorg dat je snel bevriend raakt met ze ,je zal er veel bewaarplezier aan hebben.
Tjonge, tjonge, geef nou ook eens toe dat je ook mogelijk nog wat kan leren over bewaren. En dat heeft helemaal niks met andere clubs te maken. Een echte studieclub over bewaren is misschien helemaal zo gek nog niet.