Verwerkers leggen plafond 5 euro hoger dan in 2016

Daarbij is het opvallend dat alle Nederlandse aardappelverwerkers daar eensgezind over zijn. De verwerkers melden namelijk dat grondstofprijzen van boven de €30 niet mogelijk zijn, omdat de fritesafzet dan stagneert. Daarentegen lijken buitenlandse verwerkers wel iets meer te kunnen (of willen) betalen en kopen daarom veel in het buitenland. De dekking van de Nederlandse industrie lijkt echter groter dan die van de Belgische en Duitse industrie, waardoor ze comfortabeler in hun stoel zitten.

Het jaar 2016 valt op
In vergelijking tot andere jaren, valt het jaar 2016 op. In seizoen 2016/2017 ontstond namelijk ook een aardappeltekort, voornamelijk door extreem weer en wateroverlast in Zuid(oost)-Nederland. De af landperiode was in 2016 een heftige tijd, waarbij er prijzen tot €25 (af land) werden betaald. Dit alles om de tekorten aan te vullen.

Ook dit seizoen hebben de fabrieken in de af landperiode geprobeerd de aardappeltekorten aan te vullen; het is immers de tijd waarin de meeste aardappelen voorhanden zijn. In Nederland lukte dit makkelijker, omdat er gebruikt kon worden gemaakt van de overloopgebieden.

In 2016 kwam de aardappelmarkt na Kerst muurvast te zitten. Verwerkers waren namelijk niet bereid meer dan €25 voor de grondstof te betalen, met gelijkluidende argumenten aangaande de fritesafzet. In 2016 ging zelfs een enkele verwerker een periode dicht, wat te maken had met een (te) hoge grondstofprijs.

Daardoor ontstond er eind maart 2016 een soort prop in de fysieke markt. Dit omdat telers gewacht hadden tot de Nederlandse industrieën bereid waren meer te betalen. Echter, dat gebeurde uiteindelijk niet, wat ervoor zorgde dat er in april extra aanbod kwam. Later bleek dat er wel degelijk een gat zat in de positie van de verwerkers, maar deze kwam pas aan het einde van het seizoen aan het licht. Veel telers konden hier dus niet meer van profiteren.

Dezelfde strategie
Of deze strategie ook in 2018 zal worden uitgevoerd, is nog maar de vraag. Wel is duidelijk te zien dat de markt van week 42 tot week 8 een zo goed als gelijke beweging maakt, met exact €5 prijsverschil (fysiek €25 in 2016 en €30 in 2018).

Echter, de voorraadcijfers en opbrengstcijfers van 2018 zouden een ander scenario kunnen geven (vanwege de tekorten). Al zal dit dan wel door de buitenlandse vraag naar aardappelen moeten ontstaan. Wanneer de Nederlandse verwerkers dezelfde strategie als in 2016 hanteren, dan lijkt €30 tot april de bovenkant te zijn.