Opbrengsten wintertarwe gaan alle kanten op

Het verschil tussen de verschillende akkerbouwregio's van Nederland is behoorlijk groot dit seizoen. Akkerbouwers in Zeeland hebben tot wel drie kwart van hun tarwe binnen, terwijl er in Groningen nog amper een korrel is gedorst. Ook in de polders is al behoorlijk wat tarwe geoogst.

60 procent geoogst
Volgens de meest recente cijfers van CZAV is 60% van alle tarwe inmiddels binnen. Ondanks regenbuien kon er gedurende de week worden gedorst, tot en met zaterdag. Met name in Zeeland is al een behoorlijk areaal geoogst, al vlot de oogst op de Zuid-Hollandse eilanden ook behoorlijk. De opbrengsten in het zuidwesten van Nederland lopen flink uiteen. Op de kleigrond is die gemiddeld tot goed te noemen. Dat betekent 8 ton tot uitschieters richting 11 ton per hectare. De hectolitergewichten liggen daarbij vroeg in het seizoen relatief hoog, tot halverwege de 80.

Percelen zandgrond die droogtegevoelig zijn laten heel andere cijfers zien. Daar komen tarwegewassen in extreme gevallen niet eens verder dan 4 ton per hectare. De vroege percelen hebben duidelijk meer geprofiteerd van het aanwezige vocht, al is de algemene mening wel dat de droogte zeker opbrengst heeft gekost.

Veel tarwe plat
Waar het dorsen in Zuidwest-Nederland vlot verliep is dat voor akkerbouwers in Flevoland niet allemaal even gemakkelijk. Begin juli sloeg storm Poly flink wat hectares tarwe tegen de vlakte. Ook percelen die een beetje gehavend uit de strijd kwamen gingen later alsnog plat door een combinatie van wind en kleine, hevige buitjes.

Veel van deze tarwe heeft inmiddels het veld geruimd. De vochtpercentages zijn meestal niet ideaal geweest, maar dat is gezien het weertype en feit dat de tarwe plat ligt, niet gemakkelijk op of onder de 15% te krijgen. 17% tot 18% doet dit jaar ook mee. Telers pakken de droogkosten mee om de tarwe eraf te krijgen. Doe je dat niet, dan ligt schot op de loer en ook vraatschade door duiven of andere vogels als roeken en ganzen is een probleem. De opbrengst kan dan al snel halveren.

Wisselvallig weer
In Flevoland is een krappe helft van de wintertarwe nu geoogst, al moet aan het persen van het stro nog goed en wel begonnen worden. Gezien het wisselvallige weerbericht wordt er deze week in heel Nederland waarschijnlijk niet veel gedorst. Voor de regio's waar de oogst nog moet beginnen, in het noorden en uiterste zuiden, is dat geen probleem. Kan de tarweoogst daar begin augustus van start, dan is dat prima op tijd.

Juist nu de combines rijden stijgen ook de tarweprijzen weer, al is de aanleiding daarvoor treurig. Die is direct terug te leiden naar de drone- en raketaanvallen op Oekraïense havenfaciliteiten. Donderdag 20 juli sloot de Matif al op €255,75 per ton, om daags erna weer flink te dalen. Maandag 24 juli schoot de koers weer omhoog naar €264,75 per ton. In de praktijk hanteren kopers van tarwe meestal een spotprijs die €20 tot €25 lager ligt dan de future. Dat komt neer op €230 tot misschien wel €240 aan de put, afhankelijk van het verdere koersverloop deze week.

Stroprijs blijft in de benen
Het wisselvallige weer maakt het niet gemakkelijk om netjes het stro binnen te krijgen. De opbrengsten zijn over het algemeen niet slecht te noemen, met name in het noorden van Nederland. Daar viel toch net wat meer neerslag en met name op de zwaardere kleigrond heeft de tarwe goed gegroeid. Insiders noemen prijzen van €60 tot €75 per ton achter de combine, afhankelijk van de regio. Alle stroschuren zijn leeg geëindigd, wat betekent dat de markt schoon is begonnen en er duidelijk vraag is naar stro. Blijft het wisselvallig, dan wordt de hakselaar vaker ingeschakeld en zijn akkerbouwers minder geduldig om te wachten op de stropers. De kans dat de prijs dan in de benen blijft is ook bij een toenemend aanbod groot.