Minder melkveehouders, een lagere marge per liter en grotere bedrijven dwingen de Canadese zuivelsector om in beweging te komen. Nu de Nederlandse melkveehouderij nog maar een klein stapje verwijderd is van het fosfaatrechtenstelsel kan de vraag gesteld worden of de ontwikkelingen in Canada een voorbode zijn voor Nederland.
Aangezien de Canadese melkveehouderij aan handen en voeten gebonden is door een melkquotum, spelen ze in de wereldmarkt doorgaans geen grote rol. Anders dan dat met het aantreden van president Trump, de samenwerking met de Verenigde Staten (VS) onder druk is komen te staan.
Is het quotum een rem op de groei?
Het melkquotum houdt in dat de Canadese melkveehouder geremd wordt in zijn groeimogelijkheden. Dat is goed nieuws, want de veerijke provincies bevinden zich op ongeveer dezelfde hoogte als de grasrijke melkveehouderijgebieden in Europa. Geen melkquotum had ervoor kunnen zorgen dat Canada een grote concurrent zou worden voor de Europese Unie (EU).
De meeste Europese lidstaten kunnen, dankzij het einde van het melkquotum, een nieuwe koers inzetten. In Nederland geeft de mestwet die ruimte niet en worden vanaf 1 januari 2018 fosfaatrechten ingevoerd. Het houdt in dat melkveehouders te maken krijgen met nieuwe kaders.
In Canada blijkt een beschermde markt geen garantie te zijn voor kleine familiebedrijven. Gemiddeld telt een bedrijf daar net geen 128 melkkoeien, vaarzen en melkkoeien. De veerijke staten Quebec en Ontario kennen, met een gemiddelde van 108 dieren, de kleinste bedrijven. In Brits Colombia blijken de bedrijven, met gemiddeld net geen 300 dieren, het grootst. Aldus de cijfers voor 2017 van het Canadese bureau voor de statistiek.
Er gebeurt veel
Ondertussen blijven de bedrijven groeien. "Er gebeurt veel in de melkveehouderij", aldus Brian van Doormaal, algemeen manager van Canadian Dairy Network (CDN). Deze partij gaat samenwerken met con-collega's CanWestDHI en Valacta. De enige reden dat ze niet gaan fuseren, heeft te maken met de financiering. Dit is per provincie anders geregeld. Door een fusie ontstaat een andere entiteit en moet er veel meer gereld worden.
De bedrijven zijn actief op het gebied van genetica en bedrijfsmanagement. Samen zijn ze 3 van de grootste spelers en nemen vrijwel alle melkveehouders direct of indirect diensten bij ze af. "Lagere melkprijzen drukken de marge en tegelijkertijd komen er minder melkveehouders, maar worden de bedrijven groter. Als gevolg daarvan zeggen melkveehouders dat ze zoeken naar efficiëntie. Wij reageren proactief en wachten niet op een crisis." Niet alleen de financiën op het erf dwingen servicepartijen om samen te gaan, maar ook de automatisering maakt verandering noodzakelijk.
Melkinstallatie bron van informatie
Aanbindstallen, melkstallen en automatische melksystemen zijn steeds vaker in staat om de dagelijkse melkproductie bij te houden, maar ook andere waardes te meten (zoals cellen en progesteron). Dit laatste helpt bij de bepaling van tochtigheid en dracht. Allemaal kostbare informatie, dat voorheen met monsters verzameld werd. Nu hoeft dat niet meer, maar moet de sector, om de informatie om te kunnen zetten in bruikbaar materiaal, meer gaan samenwerken.
Is dit het voorland voor de Nederlandse zuivelsector? Een organisatie waar genetica, automatisering en laboratoria verenigd zijn? Een gemiddeld melkveebedrijf met minimaal 108 dieren en melkveehouders die werken met krimpende marges? Invoering van de fosfaatrechten, in combinatie met een fosfaatbank, maken het wel steeds realistischer.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/melk-voer/artikel/10876719/zijn-de-trends-bij-canadese-melkers-een-voorbode][/url]