Middels crowdfunding werd onderzoek naar de basis van het ammoniakbeleid mogelijk. Het rapport 'Ammoniak in Nederland, enkele kritische wetenschappelijke kanttekeningen' is daar het resultaat van en geeft een nieuwe kijk op de materie. Een lastig onderwerp, want de belangen zijn groot.
In 1990 werd het bovengronds uitrijden van mest in een poging de ammoniakuitstoot terug te brengen in de ban gedaan. Ongelukkig genoeg begonnen de landelijke meetstations (LML) pas in 1994 met het meten van de concentraties ammoniak. 'Dit is geen emissie benadrukken de onderzoekers Jaap Hanekamp (chemicus) en Marcel Crok (wetenschapsjournalist).
De onderzoekers namen de resultaten van de meetstations opnieuw onder de loep. Juist in de periode 1990 tot 1994 werd echter een grote ammoniakreductie behaald, volgens de cijfers. 'Maar onderbouwing daarvoor ontbreekt.' Die dalende trend zette tot 2015 door, aldus onderzoekers van Wageningen, maar cijfers van de meetstations laten dat niet zien. Op een enkele uitschieter na zijn die vrij stabiel.
'Er bestaat dan ook geen correlatie tussen de meetstations.' Hanenkamp en Crok benadrukken dat er geen oorzaak gevolg gegeven kan worden. 'Van invloed zijn het weer, seizoenen, atmosfeer en regenval. We zien bijvoorbeeld wel op moment dat er weer mest mag worden uitgereden een hogere emissie, maar dat is zogenaamd seizoengebonden. Voor een lokaal signaal zijn veel meer meetstationen nodig.'
De onderzoekers vergelijken de resultaten met een temperatuurpluim. Daarvoor geldt hoe dichter de onder- en bovenkant bij elkaar liggen, hoe waarschijnlijker dat het die temperatuur kan worden. 'De zogenaamde modelonzekerheden. De ammoniakemissies van bemesting zijn omgeven met forse niet-gerapporteerde modelonzekerheden.'
Ook het gebruik van een gemiddelde voor de ammoniakemissie is volgens de chemicus niet juist. Omdat daardoor een uitschieter veel meer effect heeft op het beleid dan de lagere concentraties die zich een veel groter deel van het jaar voordoen. 'Atmosfeerconcentraties van ammoniak liggen aanzienlijk lager dan gerapporteerd.'
De dalende trend zien de onderzoekers ook niet. De concentraties zijn vrijwel stabiel en dit geldt ook voor de metingen in natuurgebieden (MAN-gebieden). Wat zegt het over de ammoniakdepositie? 'Alleen de natte neemt af. Van de droge zijn te weinig gegevens.'
Afrondend houdt het in dat de emissies van bemestingsmethoden elkaar waarschijnlijk minder ontlopen dan gerapporteerd, maar controleren is niet meer mogelijk, omdat er te veel informatie ontbreekt. 'Zo ontbreken de meetspreiding, meetnauwkeurigheid en extrapolatie-onzekerheden (van proef naar weiland). Het onderzoek is niet meer reproduceerbaar iets waar actueel veel waarde aan wordt gehecht.'
Harde conclusies ontbreken, maar dat het ontbreken van een dalende trend in de ammoniakemissies belangrijk is mag duidelijk zijn. Het betekent namelijk ook dat de grote veeschuren, luchtwassers en andere vaak kostbare maatregelen geen effect hebben. Juist in Noord-Brabant is dit actueler dan ooit. Ook is het de vraag hoe het nu verder moet met de PAS.
Logischerwijs zouden de metingen met de technieken van nu nog een keer gedaan moeten worden. Iets wat eigenlijk al gedaan had moeten zijn, nu is er immers meer kennis dan in 1990. Het model wat gebruikt werd stamde zelfs uit 1984. Lastig, want dan komt de vrees van onderzoekers voor hun reputatie om de hoek kijken. Ondertussen worden niet meer reproduceerbare gegevens steeds opnieuw afgestoft voor nieuwe ontwikkelingen in het beleid.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/mest/artikel/10873090/Basis-ammoniakbeleid-roept-opnieuw-vragen-op]Basis ammoniakbeleid roept opnieuw vragen op[/url]