Column Pascal Philipsen

Hoe wordt het perspectief voor boeren aantrekkelijk?

13 Januari 2014 - Pascal Philipsen - 2 reacties

Een nieuw jaar, nieuwe voornemens. De agrarische sector is weer voornemens om veel groene doelstellingen te behalen. Op het gebied van dierenwelzijn, klimaat en energie, biodiversiteit en milieu, weidegang, mineralenkringloop en nog veel meer. Maar deze doelstellingen zijn eigenlijk mooi verpakte ge- en verboden richting de agrarisch ondernemer. Eenzijdig opgelegd zonder dat de boer er iets voor terugkrijgt. Daarbij zijn de meeste doelstellingen gefundeerd op het productieproces. Het verhaal achter eten is belangrijk, maar consumenten kopen eten voornamelijk voor de invulling van eigen basisbehoeften, voor de gezelligheid, voor de smaak en om gezond te blijven.

De gemiddelde consument betaalt niet extra voor een ‘milieuvriendelijk’ productieproces, wel voor een onderscheidend product dat persoonlijk raakt. De markt is nauwelijks in beweging te krijgen om meerkosten voor alle nobele doelstellingen en veranderingen in het productieproces te vergoeden en zo verbeteringen mogelijk te maken en te versnellen. Hoe graag we als sector ook zouden willen. De sector is teveel gericht op de implementatie van verschillende duurzaamheidaspecten en op procesintensivering.

Een duurzame land- en tuinbouw is een belangrijke basis om ook in de toekomst de voedselproductie veilig te stellen. Een andere basisvoorwaarde om voedselproductie te verhogen bij de toenemende wereldbevolking, is het boerenperspectief verbeteren. Nu is het hard ploeteren voor erg weinig. Niet echt een gedroomde werkelijkheid voor de beoogde bedrijfsopvolger. Vergrijzing onder het boerenbestand is dan ook een reële bedreiging in dit kader.

Hoe kan het boerenperspectief weer aantrekkelijk worden? Door het ondernemerschap te stimuleren en aansluiting te vinden bij de consument met het hoogwaardige Nederlandse landbouwproduct. Nu blijft de meeste marge hangen bij de bedrijven die zich tussen de boer en consument bevinden. De lijn kan korter en het product beter.
Boerenbelangenorganisaties en ook banken leggen de focus op imago en efficiënte productie met inpassing van maatschappelijke duurzame waarden. De kostprijsbewuste ondernemer wordt aangespoord om nog betere rendementen te halen van dier en plant, al dan niet met hulp van geavanceerde technologie. Prima, maar er is te weinig oog voor de afzetkant van de zaak.

Juist marktkennis en consumenteninformatie gaat de primaire agrarische sector in de toekomst er weer bovenop helpen. En ja, er wordt volop gepronkt met het feit dat Nederland tweede grootste voedselexporteur ter wereld is. Maar dit heeft niet geleid tot een beter boerenperspectief in Nederland. Dit predicaat geeft juist weer een stimulans tot meer bulkproductie door fikse concurrentiekracht uit overige landen.

Gemak, smaak, gezond en vers zijn criteria die het zwaarst wegen bij de aankoop van eten. Vermits daar een prijskaartje aanhangt dat klopt. De gemiddelde consument is helemaal niet geïnteresseerd hoe eten wordt gemaakt. Duurzame productiekeurmerken maken alleen een beetje indruk wanneer de rest, het reguliere circuit industrieel aandoet. En aangezien de reguliere land- en tuinbouw in volle breedte het steeds beter doet op de duurzaamheidmeetlat, is er weinig eer te behalen met een onderscheidend productieproces.

De boer is medicijnman, smaakmaker en verskampioen! Met een eerlijke duurzame basis gelegd aan de productiekant is het nu tijd voor focus op het product zelf. Hier liggen de kansen voor een beter boerenperspectief. Zo is er de voedselketenverkorting. De agrarisch ondernemer is bij uitstek de geschikte partij om de consument dichtbij ‘vers’ te brengen. En het verhaal erachter klopt: bij het uitschakelen van de tussenhandel is de herkomst duidelijk, de voedselveiligheid en kwaliteit minder in het geding en legt voedsel minder kilometers af.

Een andere kans is ‘gezondheid/voedingswaarde’. De focus op een hoge landbouwproductie heeft een grote aanslag op de bodem tot gevolg gehad. Er is een tekort aan sporenelementen/mineralen. Dit zijn belangrijke bouwstenen voor plant, dier en de mens om gezond te zijn. Het gaat hierbij niet om de hoeveelheid eten, maar om de intrinsieke voedselkwaliteit. De boer en tuinder zijn bij uitstek de geschikte partij om gezond voedsel te verbouwen en de consument te wijzen op de gezondheidsvoordelen. Voedsel als medicijn.

Gemak dient de mens. We willen geen uren doorbrengen in onze keuken. We willen lekker en gezond eten zonder dat het veel tijd kost. Hiervoor is de consument bereid te betalen. Het anoniem, ongesorteerd en met grond leveren van bijvoorbeeld aardappelen aan een tussenpersoon kan worden omgezet in het rechtstreeks leveren aan horeca, cateraars en verwerkers in de gewenste vorm en grootte in de gewenste verpakking. De boer als verwerker en expert in verpakken en conserveren.

Een smaakvol én naturel product. Smaak toevoegen in de vorm van geur- en smaakstoffen is kennis, smaak uit de natuur laten excelleren is een kunst. Een grotere bewegingsvrijheid van varkens leidt rechtstreeks tot een andere spieropbouw en dus een ander type vlees. Bij story telling hoort natuurlijk het verhaal van het varken dat vrijelijk kan rollen in de modder, maar de nadruk bij succesvolle verkoop, ligt op een andere smaakbeleving. Wie kan de smaak aan de basis beïnvloeden? U raadt het al: de boer.

Naast vers, smaak, gemak en gezond zijn er andere businessmodellen. Nog in de kinderschoenen dat wel, maar de agrarisch ondernemer kan al inhaken op projecten, meedoen in clusters om ervaring op te doen. De biobased economie waarbij agrarische reststromen/afval gevaloriseerd worden tot herbruikbare grondstoffen in onder meer de chemie- en bouwsector heeft een grote toekomst. Maar ook het telen van gewassen met unieke plantenstoffen, te gebruiken in cosmetica, medicatie en verpakkingen kan voor de tuinbouwer lucratief zijn. En dan vergeet ik nog bijna de opwekking van duurzame energie.

Voor al deze kansen geldt dat marktkennis noodzakelijk is. Boeren en tuinders zijn innovatieve ondernemers, maar hebben moeite om hun producten in de markt te zetten en missen ook de commerciële slagkracht. De primaire agrarische sector is gefragmenteerd en heeft vaak niet de expertise in huis om aan te sluiten bij de markt. Stand alone innovatie- en marketing is sowieso onmogelijk voor de individuele agrarisch ondernemer.

Er zijn inmiddels voorbeelden van agrarische bedrijven die samenwerken en gebruik maken van elkaars kracht en kunde. Het is immers ondenkbaar dat een ondernemer alle facetten van het ondernemerschap beheerst. Regionale samenwerking is, denk ik, broodnodig om afzet en markt te vinden die bij het bedrijf past en andersom.
Maar hoe het ook zij, er komt actief behoefte aan marktkennis. Wie gaat dit leveren? Welke overkoepelde organisatie gaat het ondernemerschap stimuleren? Wie helpt de boer vooruit?

We praten al over de oprichting van een nieuwe agrarische bank, kan daar nog een agrarische marketingorganisatie bij? Een boerencoöperatie dat door samenwerking tot vernieuwingen kan komen. Niks, geen agrarische PR-club dat voor de zoveelste keer ageert tegen de verwensingen van Wakker Dier of Natuur&Milieu. Ik doel op een samenwerking aan de boerenkant dat laat zien dat grootschalige, industriële productie slechts een keuze is.

Laat u zich als boer niet beetnemen met het verhaal dat het allemaal nog efficiënter en intensiever moet in Nederland den dienste van de groeiende wereldbevolking dat anders niks te eten heeft. Of dat u bij andere businessmodellen niks meer zou verdienen. Mijn gezonde boerenverstand zegt dat het wereldvoedselvraagstuk vooral een kwestie is van eerlijke voedselverdeling, kennis delen met ontwikkelingslanden die wel nog moeten intensiveren en aanpakken van de voedselverspilling. En dat andere businessmodel….aan u de keuze.

Pascal Philipsen
Boer & Co

Pascal Philipsen

Pascal Philipsen is regiomanager Zuid-Nederland en bemesting specialist bij Timac Agro Nederland.
Reacties
2 reacties
peter kremer 13 Januari 2014
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/columnisten/pascal-philipsen/item/10842316/Hoe-wordt-het-perspectief-voor-boeren-aantrekkelijk]Hoe wordt het perspectief voor boeren aantrekkelijk[/url]
het idee is goed maar een telang verhaal
poldes 13 Januari 2014
een melkprijs bij een bepaald door politiek landbouwproductie systeem in 1989 en eerder in de ddr van 1,41 Pfenning per liter bleek onrendabel.
wij doen het sindsdien voor veel minder en daar moeten wij het maar mee doen.
Het laat hier en daar wat nare smaken na.
Een daarvan is slijtage onder de boerenstand.(leeftijden en non redementen)
En dan wetende dat de grote voedselschandalen van de afgelopen decenia uit fabrieken zijn voort gekomen.
En steeds weer een extra keuring/verlichting en geldverslindende organisatie oprichten om de primaire producenten extra inspanningen te laten verrichten.
Dit is geen nieuws.
Maar de grote zuivelbonzen van de gehele wereld blijven met het huidige systeem wat wij hebben altijd uit het zicht.
Jack Steeghs 17 Januari 2014
Mooi bijeen geschreven Pascal, bekende kost voor wie het landbouwdomein kennen.

Vraag is hoe e.e.a. vlot te trekken. Ik weet bijna zeker dat diversiteit, klein beginnen en betrokken netwerken sleutelprincipes zijn van een nieuw 'businessmodel'. Vanuit de kwaliteten die ik in huis heb wil ik hier graag op bevraagd worden. Mijn ervaring: als je als organisatie echt iets wil en er steken meerdere betrokkenen van verschillende snit de koppen bij elkaar, dan gaat er iets gebeuren. Dan kan niet anders.

http://vroedman.nl
U kunt niet meer reageren.

Wat zijn de actuele noteringen?

Bekijk en vergelijk zelf prijzen en koersen

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden