Duitsers overwegend positief
Agritechnica: kijken, kijken, niet kopen
Techniekliefhebbers hebben zich 6 dagen lang verlekkerd aan de nieuwste trekkers en machines op de Agritechnica in Hannover. De vraag is wie dat glimmend staal gaat aanschaffen met productprijzen die zich op bodemniveau bevinden. De industrie is overwegend positief.
Ruim 450.000 bezoekers passeerden tussen 12 en 18 november de poortjes van de Messe Gelände in Hannover. Dat niveau is vergelijkbaar aan recordjaar 2015. Circa 100.000 daarvan zijn afkomstig uit het buitenland. Nederland gaat fors aan kop; als het gaat om de categorie 'Ausland'. Daarmee hebben Nederlandse boeren een goede vervanging gevonden voor de RAI.
7,5
miljard
Duitse industrie maakt comeback
Voorafgaand aan 's wereldse grootste machinebeurs was Bernd Scherer, voorzitter van de Duitse brancheorganisatie VDMA, positief over de verkoop. Dit jaar verwacht de organisatie een omzet van €7,5 miljard voor Duitse fabrikanten, een verhoging van 4% ten opzichte van 2016. Fabrieken draaien op hetzelfde gunstige niveau als in 2013. In het tweede kwartaal steeg de Duitse machine export met 14%. Scherer wijdt dat voornamelijk aan de economische verbetering.
Vooral in Oost-Europa hebben Duitse fabrikanten meer machines verkocht. Frankrijk, de grootste koper, blijft achter. Ondanks dat de verre bestemmingen meer afnemen, komt de bulk voor rekening van de EU; driekwart gaat hier naartoe. Voor buurlanden is de VDMA voorzichtig positief. Voor het Verenigd Koninkrijk is de Europese organisatie Cema wel negatief ingesteld.
Een Nederlandse akkerbouwer met aardappelen, uien, suikerbieten, graan en wellicht wat peen kijkt waarschijnlijk met argusogen naar de Duitse cijfers. De huidige marktprijzen bieden weinig ruimte voor het doen van investeringen. Vooral het negatieve segment bij de aardappelen weerklinkt in de markt.
Aardappelteler wacht af
Producenten van machines voor de aardappelteelt bevestigen het negatieve gevoel. Investeringen in nieuwe rooiers of pootmachines worden met een jaar uitgesteld. De pootgoedteelt is een kleine uitzondering op de regel. Zij investeren rustig door maar, het is dan ook niet hun enige teelt.
Meerdere vertegenwoordigers merken wel een verandering in het investeringsbeleid van akkerbouwers, zo bevestigen ze op de Agritechnica. Vooral grote bedrijven hebben een duidelijk investeringsplan liggen. Ook in mindere of slechte jaren wordt geïnvesteerd in nieuwe techniek, om zo niet achterop te raken.
Positieve trekkerverkopen
Nederlandse trekkerverkopers hebben tot dusver een redelijk jaar achter de rug. De teller stond 1 oktober op 1.981 verkochte trekkers aan eindgebruikers. Meer dan in heel 2016 werd verkocht, terwijl er nog 3 maanden resteren. Daarmee krabbelt de verkoop terug naar het niveau van 2015. Naar verwachting teert de verkoop nog even door op eerder gedane zaken, maar wordt 2018 wederom rustig.
(Tekst gaat verder onder de grafiek)
Wat is de invloed van een hoge melkprijs op de trekkerverkoop.Rust de verkoop op een hoge melkprijs of aardappelprijs? Het is lastig om een vergelijking te maken tussen de gemiddelde melkprijs en de verkoop van nieuwe trekkers. Vooral de pieken in de verkoop corresponderen enigszins met de melkprijs, al is dat lang niet altijd het geval. Traditiegetrouw kent de laatste maand van het jaar een hoger verkoopcijfer, wat het beeld vertroebeld.
(Tekst gaat verder onder de grafiek)
Levert hoge prijzen op de termijnmarkt meer trekkers op?Een vergelijking maken tussen de verkoopaantallen en de EEX Cash Settlement-notering voor het aardappel aprilcontract op de termijnmarkt is nog moeilijker. Pieken in beide marken corresponderen lang niet altijd met elkaar.
Melkprijs geen katalysator
Nu de gemiddelde melkprijzen zich allemaal rond een niveau van €40 bewegen, is het aannemelijk dat melkveehouders bereid zijn te investeren. Toch houden fabrikanten en dealers een slag om de arm. De melkprijs mag dan positief zijn, het verleden heeft boeren voorzichtig gemaakt.
Daarnaast hebben fosfaatrechten de eerste prioriteit. Ook de aankoop van grond heeft de voorkeur boven fors investeren in machines. Echte machineboeren, die zelf inkuilen en mest rijden, hebben veelal in het quotumperiode al geld gestoken in mechanisatie. Er werd namelijk niet langer in het quotum geïnvesteerd, waardoor al het geld in machines kon worden gestopt.
Einde aan grotere werkbreedte
Ook dit jaar staan de beurshallen weer vol machines die breder en groter worden. Vooral bij de akkerbouw is de rek er wel een beetje uit. Steeds grotere zaaimachines en cultivators zijn er maar weinig te zien. Het gaat om slim, niet om breed. Bij de machines voor graswinning is dat nog niet helemaal het geval. Vooral bredere maaiers zijn te zien, tussen de talloze Poolse, Turkse en Chinese fabrikanten die kleine en simpele machines bouwen.
Ook voor een 15 meter maaier is markt, zo blijkt. Opmerkelijk genoeg zijn het vooral melkveehouders die in de techniek investeren om over veel slagkracht te beschikken. Het is alleen nog de vraag of die plannen dit jaar worden uitgevoerd of in de ijskast blijven staan. Fabrikanten verwachten een kleine plus (3%) in de omzet van hooibouwwerktuigen voor seizoen 2017/2018.
Niels van der Boom
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.