Eén aardappelnotering is vooralsnog kansloos

De Landbouwbeurs Noord en Centraal Nederland (LNCN) en de Nederlandse Aardappel Organisatie (NAO) pleiten beiden voor één landelijke notering voor fritesgeschikte aardappelen. Nu noteert Goes op dinsdag en Emmeloord (LNCN) op donderdag waarbij de LNCN met zijn gesplitste notering ook nog afwijkt van de systematiek in Goes. Wat vinden andere partijen in de sector eigenlijk van het idee om landelijk te noteren door de gezamenlijke beurzen?

In het interview dat aftredend voorzitter Jan Douma van de LNCN in december aan Boerenbusiness gaf, deed hij de suggestie om de verschillende beursactiviteiten naar landelijk niveau door te trekken. ‘Daarmee kun je je als sector professionaliseren en heb je meer body om wat in de melk te kunnen brokkelen. Nederland is te klein voor versnippering,’ zo verwoorde Douma het standpunt van de LNCN. In februari kreeg het idee steun van voorzitter Kees van Arendonk van de NAO. Die gaf op de Themadag Aardappelen in Dronten het advies om te komen tot één landelijke notering. Uit gesprekken dat Boerenbusiness met andere partijen in de keten had, blijkt echter dat het niet zo eenvoudig ligt.

Zo moeten eerst de andere kwesties worden opgelost, voordat er überhaupt verder kan worden gepraat, stellen zij eensgezind in een reactie. ‘Het zou goed zijn als er op termijn op een eenduidige manier wordt genoteerd’, benadrukt Keimpe van der Heide van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV). De splitsing van de fritesnotering in Emmeloord is volgens hem niet in het belang van boeren. ‘Ook niet wenselijk voor de lange termijn is dat de fritesindustrie uit de noteringscommissie in Goes is gestapt. Een derde punt, de verschillende manieren van noteren in Emmeloord en Goes, is ook niet goed.’

Dat is ook voor voorzitter Jaap Botma van de Verenigde Telers Akkerbouw (VTA) een struikelblok. ‘Als Emmeloord en Goes het eens zijn, kunnen zij samen gaan, maar nu staan beide beurzen er nog zo verschillend in. Met dat Emmeloord dit seizoen met een aparte notering werkt, maakt het sowieso lastig. Wij denken dat dat niet in het belang van de teler is. Buiten dat is het de vraag welk effect een gezamenlijke notering heeft; het kan positief of negatief uitpakken. Je kunt overigens nog een stap verder gaan en alles wat er in Nederland aan noteringen is samenvoegen; dus ook de VTA-lijst. Daarmee ondervang je dat de handel – die wel betrokken is bij onze transacties, maar niet aan tafel zit – dat dan wel doet. Ons gaat het erom dat we er voor de teler het maximale uithalen. Alles wat daar afbreuk aan doet, zijn wij niet voor. Ik sta er neutraal in, maar realistisch bekeken is een samenvoeging niet aan de orde.’

Ook bij Beurs Goes is het punt nog niet aan de orde. ‘In het verleden is er wel eens over gesproken’, laat voorzitter Adri Bossers weten, ‘Maar het is nu bij ons geen thema. De eerste stap is om tot één landelijke systematiek te komen. Hoe die systematiek vormt krijgt, is de komende maanden onderwerp van gesprek. Dat is een groter thema dan om tot één beurs te komen, maar je weet niet wat de toekomst brengt.’

NAV-er Van der Heide voegt daar nog aan toe dat als het zover is, de frequentie van noteren niet mag afnemen. ‘Eén landelijke notering mag niet betekenen dat er maar één keer per week een notering komt. Boeren hebben eerder behoefte aan meerdere momenten in de week dan minder.’ Hij hoopt dat er na dit seizoen een evaluatie komt en de betrokkenen zich maximaal inspannen om tot één manier van noteren te komen. Een eenduidige notering is in ieders belang, maar in welke consensus? Dat is niet van te voren te zeggen.’

© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.