Gewastour Martijn Derikx
'Jaar zonder beregenen is een jaar met minder omzet'
De Boerenbusiness Gewastour volgt dit jaar weer acht percelen met gele zaaiuien. De deelnemende telers nemen ons mee met de groei van zaai tot oogst en de beslissingen die zij nemen in de teelt. In deze serie bedrijfsreportages stellen wij hen voor. In het zesde deel: Martijn Derikx uit Ysselsteyn (Limburg).
In het hart van het Noord-Limburgse dorp Ysselsteyn ligt het akkerbouwbedrijf van maatschap Derikx. Zijn buren zijn varkenshouders en ook Martijn Derikx zelf is van oudsher varkenshouder. De familie verdient nu het brood met akkerbouw, loonwerk in uien en het vermeerderen van pioenrozen.
Derikx heeft zich verdiept en ontwikkeld in de uienteelt en teelt gele, rode en roze uien. Voor in de uien heeft Derikx meerdere zaai- en rooimachines, waar ze in de omgeving de andere uientelers helpen met de zaai en oogst.
Beregenen is de standaard
Het bedrijf bevindt zich op lichte grond, waardoor een vochttekort in de zomer al snel voorkomt. Het is voor hun niets meer dan normaal dat de beregeningsinstallatie zijn ronde draait in de aardappelen en uien. Hiervoor heeft Derikx meerdere haspels staan, die hij ieder jaar hoopt te gebruiken. Wanneer de haspels niet nodig zijn gedurende het seizoen, betekent dat er voldoende vocht aanwezig is: "We weten dat wanneer we alle aardappelen en uien niet hoeven te beregenen, het qua prijs een slecht jaar wordt. Dan groeit het namelijk overal goed. We zitten al in een gebied waar je rap moet beregenen".
Dat er moet worden beregend in dit gebied is ook te zien op het Gewastourperceel met het gele ras Barito. Niet voor niets is er op dit perceel dripirrigatie aangelegd en dat komt goed van pas met de huidige droogte: "De dripirrigatie heeft nu drie keer aan gestaan met een gift van ongeveer 5 tot 7 millimeter per keer." De zaaiuien zijn als een van de eersten gezaaid bij de Boerenbusiness Gewastour en dat is ook te zien aan het gewasstadia.
Zaaien op bredere banden
Maatschap Derikx doet ook loonwerk met zijn zaaimachines. Hij doet dit met een bandenpakker voorop en een kopeg met zaaimachine achterop. Zo kan er op bredere banden worden gereden, terwijl hij twee bedden van 1,50 of 3 meter zaait. Zonder rijsporen tussen de bedden in te krijgen. Op de zandgronden kan door de kopeg in een werkgang over de ploegsneden heen worden gezaaid. Bij de zwaardere gronden moet er vooraf een grondbewerking gedaan worden, voordat Derikx te werk kan.
Een andere loonwerker komt langs voor het zaaien en rooien van de bieten en voor de oogst van de aardappelen. Voor de pioenrozen is er een omgebouwde AMAC-aardappelrooier, waar een kleinere steek op zit. Het planten van deze teelt wordt door de pioenenkweker gedaan.
'Doen wat bij je past'
Je moet doen wat bij je past en wat aansluit op de bedrijfsvoering, is het motto van Derikx. Bovendien is geen enkel perceel gelijk en op de een gaat het makkelijker of juist moeizamer dan de andere. "Belangrijk is om het maximale er uit te krijgen, terwijl je het werk leuk houd", aldus Derkx. "Een perceel wat aan de start van de teelt al moeizaam gaat..... Daar kan je je best op doen, maar als je het een cijfer moet geven gaat een 9 of 10 niet lukken. Maar je moet zeker je best doen, want je kan het maar èèn keer goed doen. Maar vergeet niet dat alle kosten die je niet maakt, je er ook niet uit hoeft te halen. Je moet wel doen wat bij je past, als je een man van een 10 bent, moet je geen genoegen nemen met een 7. Want dan heb je er zelf heel het jaar geen goed gevoel bij."
Robin de Winter
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
