In de Nederlandse melkverwerking zijn de laatste jaren veel nieuwe melkstromen geïntroduceerd. Ook zijn behoorlijk wat melkveehouders naar een andere afnemer overgestapt. De hoogte van de melkprijs is vaak bepalend om te switchen van verwerker of om te schakelen naar een andere melkstroom. Maar wat heeft welke zuivelproducent te bieden en hoe kan je melkprijzen vergelijken?
Met de melkprijsvergelijker van Boerenbusiness.nl kan, op basis van bedrijfsspecifieke vet- en eiwit gehaltes en de jaarleverantie, de kale melkprijs van de grootste verwerkers in Nederland al jaren worden vergeleken. De tijd dat de kale melkprijs daadwerkelijk de uitbetalingsprijs is, ligt echter achter ons. Daarom is in de vernieuwde en uitgebreide versie van de Melkprijsvergelijker ook de maximale melkprijs in beeld gebracht. Daarbij is A-ware met haar melkprijzen aan het overzicht toegevoegd.
Opkomst nieuwe melkstromen
Het verschil tussen de kale- en de maximale melkprijs is de laatste jaren behoorlijk gegroeid. Zo is de VLOG-premie inmiddels een ingeburgerd begrip die door veel melkveehouders wordt ontvangen. Een toeslag voor weidegang was al langer ingeburgerd. Naast generieke bonussen zijn er de laatste jaren behoorlijk wat bedrijfsspecifieke melkstromen bij gekomen.
FrieslandCampina heeft in 2018 bijvoorbeeld PlanetProof-zuivel geïntroduceerd. Voor dit label zijn sinds de start in 2019 ruim 600 melkveehouders gaan produceren. Het vlaggenschip van A-ware is het Albert Heijn-concept, waar naar eigen zeggen ruim 300 melkveehouders aan deelnemen. En Cono Kaasmakers heeft met Caring Dairy al jarenlang een onderscheidende melkstroom.
Binnen deze melkstromen is de leveringsruimte vaak beperkt. Om te voldoen aan de standaarden van zo'n melkstroom, moet je als melkveehouder heel wat in je mars hebben. Alleen voor de 'crème de la crème' van de sector zijn de hoogste premies weggelegd, wordt weleens geroepen. Een melkveebedrijf die dicht bij de fabriek langs de ophaalroute woont, heeft echter een streepje voor in het toebedelen van een specifieke melkstroom.
Overstap naar andere verwerker
Het positieve van nieuwe melkstromen is dat extra inspanningen op het boerenerf worden beloond met extra melkgeld. Een melkveehouder kan zich daardoor van zijn buurman onderscheiden. Daarbij wordt er invulling gegeven aan de politieke- en maatschappelijke duurzaamheidswensen. Ook niet onbelangrijk vandaag de dag.
Naast wisselingen binnen melkstromen vonden er de afgelopen jaren relatief veel transfers van melkveehouders plaats. Vooral bij Bel Leerdammer en FrieslandCampina verlieten de nodige melkveehouders het schip. Bij Bel Leerdammer vanwege de lage melkprijs. Bij FrieslandCampina vanwege de beperkte groeimogelijkheden en andere irritaties over het gevoerde beleid.
'Nieuwkomer' A-ware bood uitkomst en verwelkomende enkele honderden nieuwe melkveehouders. Anderen twijfelden, maar bleven hun afnemer trouw. Het gras bij de buren is immers niet altijd groener, was meestal de nuchtere gedachte.
Melkprijzen vergelijken
De hoogte van de melkprijs is niet in de laatste plaats de reden voor een melkveehouder om zich 'thuis te voelen' bij een afnemer. Alleen melkprijzen laten zich vaak moeilijk met elkaar vergelijken, zo wordt vaak door zuivelverwerkers gecultiveerd. Zeker met de wildgroei aan nieuwe melkstromen en bijbehorende premies. De melkprijsvergelijking van Boerenbusiness brengt hier overzicht in aan.
Bel Leerdammer gaat sinds augustus aan kop gaat in de maximale melkprijsvergelijking. Cono, FrieslandCampina en A-ware volgen op plek 2, 3 en 4. Over de afgelopen 12 maanden kon bij Cono gemiddeld bijna €40 per 100 kilo melk worden verdiend. Daarmee is de kaasmaker uit de Beemster over een langere periode de beste uitbetaler.
Grote verschillen tussen kaal en maximaal
A-ware is een voorbeeld van een verwerker die een relatief lage kale melkprijs, maar hoge bonussen binnen de verschillende melkstromen hanteert. Zo bedroeg het gat tussen kaal en maximaal in augustus €4,75 per 100 kilo melk. Arla en Vreugdenhil zijn verwerkers met relatief kleine verschillen tussen de kale- en maximale melkprijs.
Naast bonussen verschillen de kwantumtoeslagen in de praktijk nogal. FrieslandCampina en Cono maken geen onderscheid tussen grote en kleine leveranciers. Andere verwerkers doen dat wel. Arla bijvoorbeeld verhoogt vanaf 6 miljoen kilo nog de kwamtumtoeslag. Dit komt doordat Arla een Scandinavische coöperatie is en in de diverse Europese landen dezelfde melkprijssystematiek hanteert. Met name thuisland Denemarken kent veel mega-melkveebedrijven, die voor hun omvang worden beloond.
Geen generieke conclusie
Met welke afnemer de melkveehouder het beste uit is, valt niet generiek te concluderen. In bedrijfsspecifieke melkstromen is immers vaak maar beperkt leveringsruimte. Ook collecteren bepaalde verwerkers streekgebonden. Daarbij moet voor de nuance de opbrengstprijs in het licht van de kostprijs worden gezien. En dat ligt weer aan de eisen binnen een bepaalde melkstroom.
Dit neemt niet weg dat het goed is om melkprijzen te vergelijken. Los ervan of je overweegt naar een andere verwerker over te stappen of niet. Het overzicht biedt melkveehouders daarbij 'last but not least' ook een doorkijkje of het gras bij de buren daadwerkelijk groener.
Zelf de melkprijzen van de verwerkers berekenen op basis van de vet- en eiwit gehaltes en jaarleverantie van je bedrijf? Klik hier om naar de Melkprijsvergelijker te gaan en ontdek de verschillen. (Deze vergelijker is onderdeel van het Melk & Voer Pro abonnement en mag je 7 dagen gratis proberen).
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op het Boerenbusiness artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/melk/artikel/10884105/wat-heeft-welke-zuivelfabriek-je-te-bieden]Wat heeft welke zuivelfabriek je te bieden? [/url]