Als het aan staatssecretaris Dijksma ligt worden ook de regels voor commerciële dronevliegers aangescherpt. Daarvoor is een concept beleidsregel opgesteld. Wie met een lichte drone wil vliegen kan straks commercieel vliegen zonder duizenden euro’s uit te geven. De eisen voor vlieghoogte en reikwijdte worden aangescherpt.
De nieuwe regeling maakt onderscheidt tussen microdrones en minidrones, schrijft Dronewatch. Eerstgenoemde weegt minder dan 1 kilo. Minidrones omvatten de categorie 1 tot 4 kilo. Alle populaire consumentendrones – die ook voor commercieel werk worden ingezet – alsmede agrodrones, vallen binnen deze gewichtsklasse. Zo weegt de eBee 690 gram en de AgEagle net iets meer.
Volgens de huidige wetgeving moet je als dronepiloot beschikken over een vliegbrevet. Daarnaast moet de organisatie verzekerd zijn en over een certificaat beschikken. Ook moet het toestel gekwalificeerd en geregistreerd zijn. Deze papierwinkel kost duizenden euro’s.
Het concept maakt het voor eigenaren van kleine drones (tot 4 kilo) overbodig in een dure opleiding en bedrijfsontheffing te investeren. Een theorie-examen is wel vereist. De categorie beneden 1 kilo hoeft die niet te volgen. Wie met een minidrone vliegt moet over een certificaat, vliegbewijs of brevet beschikken.
De voorgestelde regels perken de reikwijdte verder in. Net als de voorgenomen regels voor particulieren mag de commerciële drone niet hoger dan 50 meter en verder dan 100 meter vliegen. Er moet 50 meter afstand worden gehouden van wegen, mensen, bebouwing en industrie. Ook mag niet in de buurt van vliegvelden of no-fly zones worden gevlogen. Agrarische drones wijken daar bijna altijd vanaf. Daarvoor blijft de huidige wetgeving van kracht. Voor de bestaande dronebedrijven geen probleem, aangezien zij al geïnvesteerd hebben in certificering en opleiding. Alleen voor nieuwkomers in de sector zal het slikken zijn.
Het verplichte theorie-examen voor minidrones zal worden afgenomen door Darpas en de KNVvL. Tijdens dit examen moet de vlieger aantonen dat hij basiskennis heeft van de drone en de risico’s. Ook basiskennis van de luchtvaartregels, meteorologie, navigatie en operationele procedure bij het vliegen is vereist. Een voordeel is dat de toestellen niet langer technisch gekeurd hoeven te worden en niet langer voor iedere vlucht een verplichte Notam-melding moet worden gemaakt.
Met de conceptregels in het achterhoofd is het wel bijzonder dat toestellen niet geregistreerd hoeven te worden in het luchtvaartregister. Hoe ga je immers een dronevlieger bekeuren die hoger vliegt dan 50 meter? Dat kan alleen middels controles in het veld en de piloot op heterdaad betrappen. Drone-eigenaren vreesde juist voor toestelregistratie en software die de vliegweg registreert. Een aansprakelijkheidsverzekering is wel verplicht. Knelpunt hier is dat lang niet iedere verzekeraar zich daar aan wil wagen. De Tweede Kamer moet het concept nu goedkeuren of afwijzen.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.