Voedselprijzen

De Nederlandse consument heeft de afgelopen 10 jaar steeds iets meer van het de totale huishoudelijke uitgaven besteedt aan voeding en niet-alcoholische dranken. Dat tonen nieuwe cijfers van Eurostat aan. Binnen de Europese Unie wordt 13% van de consumptieve bestedingen gebruikt voor voeding.

De FAO voedselprijsindex weet de positieve flow van de afgelopen maanden vast te houden. Ook deze maand is het gemiddelde puntenaantal toegenomen. De stijging komt voort uit hogere prijzen van plantaardige oliën en granen.

Al eeuwen letten agrarische ondernemers sterk op hun kosten, want aan de marktprijzen kan een boer immers niet veel doen. Gek eigenlijk dat kostprijzen van voedsel nog niet zo lang bestaan.

De FAO voedselprijsindex heeft de stijgende lijn voortgezet en komt ook in augustus weer hoger uit. Doe toename komt dit keer voort uit hogere indexen van suiker, graan en plantaardige oliën.

Binnen de Europese Unie bestaan er grote verschillen in de prijzen van voedsel. Vlees kost in Oostenrijk gemiddeld bijna dubbel zoveel dan in buurland Hongarije. Roemeense consumenten betalen in de EU het minst voor vlees, blijkt uit cijfers van het Europese statistische bureau Eurostat.

Nederlandse consumenten hebben niet door hoe weinig ze aan voedsel uitgeven. Onderzoeksbureau DirectResearch leidt dit af uit een representatieve steekproef onder 1.560 respondenten. Daaruit blijkt dat de gemiddelde Nederlander denkt bijna 25% van het huishoudinkomen aan voedsel te besteden. In werkelijkheid is dit 8%.

De FAO voedselprijsindex wist in juni voor het eerst in 2020 een stijging in te zetten. Ook in juli zet deze stijging door, voornamelijk opgedreven door de prijzen van plantaardige oliën en zuivelproducten.

De FAO voedselprijsindex, de graadmeter voor de mondiale voedselprijzen, is over de eerste maanden van 2020 voornamelijk gedaald. Over de maand juni heeft de index echter een stap omhoog gezet. Dit is de eerste stijging in het puntenaantal dit jaar.