Nieuws Varkensstapel
'Varkens in Nood vergelijkt verkeerde bronnen'
Varkens in Nood beweerde medio januari dat er in Nederland ruim 2,3 miljoen varkens meer worden gehouden dan bij de overheid bekend is. Volgens minister Carola Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) vergelijkt Varkens in Nood echter de verkeerde bronnen. "Deze databases hebben elk een andere functie en een ander doel."
Dat ruim 2 miljoen varkens niet bij de overheid bekend zijn, komt volgens de dierenrechtenorganisatie door de falende registratiesystemen. Daarom wil het dat in de varkenshouderij een Identificatie- en Registratiesysteem (I&R) komt dat vergelijkbaar is met het systeem van de rundveehouderij. "Het huidige systeem is zeer fraudegevoelig", liet de organisatie destijds weten. Schouten wil daar echter niets van weten. Zij concludeert dat het huidige systeem adequaat functioneert.
Daarbij zegt Schouten dat een vergelijkbaar systeem in de varkenssector een enorme verhoging van de administratieve lasten met zich meebrengt. "Deze lastenverhoging staat in mijn ogen niet in verhouding tot het doel." Tevens stelt de minister dat in landen als Denemarken en Duitsland ook geen systeem voor individuele registratie van varkens wordt gebruikt.
'Verkeerde bronnen vergeleken'
Volgens Schouten vergelijkt Varkens in Nood in het rapport de verkeerde databronnen met elkaar. "De organisatie maakt bijvoorbeeld gebruik van het gemiddelde aantal biggen dat 1 zeug ieder jaar produceert. Echter, er zijn ook dieren (zoals gelten vanaf 50 kilo) die niet het gemiddelde aantal zeugen per jaar produceren, maar in meerdere bronnen wel als fokzeug geregistreerd staan", zo schrijft Schouten. Volgens haar leidt het rekenen met gegevens uit verschillende bronnen daardoor niet altijd tot een kloppend resultaat.
Ook meldt Varkens in Nood dat er een gat is van 1 miljoen varkens tussen de import- en exportcijfers van Nederland en Duitsland. Schouten schrijft echter dat er geen aanwijzingen zijn voor het feit dat er fiks meer varkens vanuit Nederland naar Duitsland worden geëxporteerd. Dit heeft volgens haar wederom te maken met een onjuiste vergelijking van databronnen. "Varkens in Nood vergelijkt de cijfers van het Statistisch Bundesamt met exportcijfers van RVO-Marktordening. Dit zorgt in het rapport voor een verschil van 1 miljoen varkens, maar dat verschil is te verklaren", schrijft Schouten.
"De Duitse cijfers betreffen namelijk schattingen, gebaseerd op cijfers die door de grotere Duitse bedrijven worden aangeleverd. Deze cijfers zijn op vergelijkbare wijze verkregen als bij de Landbouwtelling van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Als we de cijfers van deze 2 equivalenten vergelijken, dan zijn deze nagenoeg gelijk", verklaart Schouten. De cijfers van RVO-Marktordening zijn volgens de minister geen goede bron om te vergelijken. "Deze cijfers worden zo snel mogelijk gepubliceerd, waardoor eventuele mutaties niet meegenomen worden."
Communicatie tussen systemen
Wel geeft Schouten toe dat de communicatie tussen het I&R-systeem en TRACES niet altijd vlekkeloos verloopt. "Varkenshouders zijn bij de export van varkens verplicht om dit zowel in het I&R-systeem als in TRACES te registreren. Echter, soms wordt het maar in 1 van de 2 systeem gezet. Dit leidde in 2018 tot een verschil van circa 450.000 varkens. Ik wil daarom onderzoeken of het mogelijk is om deze systemen te koppelen."
Volgens minister Schouten zorgt dit er overigens niet voor dat die cijfers niet bij de overheid bekend zijn. "Ook wanneer het in slechts 1 van de 2 systemen staat, worden de exportcijfers naar de overheid gecommuniceerd."
Klik hier om de hele Kamerbrief te lezen.
Kimberly Bakker
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
